De Nijmeegse Waalbrug werd geopend in 1936. Amper vier jaar later viel de brug ten prooi aan de oorlog: de zo belangrijke oeververbinding werd door de Nederlandse genie opgeblazen, in de vroege morgen van 10 mei 1940. Mijn vader Anton Hunink, destijds negen jaar oud, was als enige ooggetuige van de ontploffing van de brug. Medio 2003 heeft hij voor een boekuitgave over bruggen in Nijmegen zijn verhaal op schrift gezet. Hieronder volgt de tekst.

 

Anton Hunink

'10 mei 1940'


tekst gepubliceerd in: Roel Winter, Bruggen over Nijmegen. Nijmegenaren over bruggen. 2000 jaar bruggenbouw in Nijmegen en omstreken. Architectuurcentrum Nijmegen, Nijmegen 2003; ISBN 90-808193-1-X; p. 31.



Onbekende vliegtuigen komen over ons huis; ze gaan in westelijke richting. Het zijn er veel en ze maken een enorm lawaai. Er gaat een dreiging uit van het monotone, dreunende gezoem. De nacht gaat niet geruisloos over in de prille ochtend. Reden voor onze ouders hun drie kinderen (mijn twee zusjes en ik) bij zich in bed te halen. Ze zijn onbekend met het fenomeen oorlog en denken zo de dreiging van de vliegtuigen weg te nemen of te verminderen, en ons bescherming te bieden. Tenslotte zijn we pas elf, tien en negen jaar.

Het gebeurt op de locatie Reinaldstraat 3, schuin tegenover het huidige Belvoir. Het is een prachtig herenhuis, dat vier jaar later door de Hitlerjugend in brand zal worden gestoken.

Het gezellig samenzijn duurt voor mij te lang. Ik zie kans om, met toestemming, rond vijf of zes uur het huis te verlaten, richting Park Traianusplein en Waalbrug. Ik ga zo ver als ik durf, onder de indruk van het ontwaken van de dag in de alom heersende stilte.

De vliegtuigen zijn weg; ik ben het enig aanwezige levende wezen. Ik nader de brug tot op ongeveer driehonderd meter en blijf roerloos staan. De 'asperges' steken uit het wegdek voor de brug en blokkeren afdoende de doorgang. Het ziet er onheilspellend uit. Brug en omgeving lijken door God en mens verlaten. De sfeer is overweldigend, temeer omdat de brug, die er pas vier jaar ligt, zich monumentaal in het ochtendgloren verheft.

Plotseling geloven mijn ogen niet wat ze zien: het betonnen wegdek van de brug komt twee meter omhoog, zonder enig geluid. En vele seconden later geloven mijn oren niet wat ze horen: met een onaards donderend geraas stort de massa beton in het water. Inmiddels zakt de stalen boogconstructie voor een deel in elkaar, alsof zij van luciferhoutjes is gemaakt. Dit versterkt nog mijn verdoving en vergroot mijn verbazing, want ik zie nog steeds geen mens, nergens, militair noch burger.

Dan krijgt de angst grip op me, ik begin te lopen, nee, te hollen, en eindig uitgeput bij ons thuis. Mijn vader is bezig alle ramen open te zetten en hoort mij hijgend roepen: 'Laat maar, de brug is al gesprongen!'


De ingestorte Waalbrug (achter) en de tijdelijke Bailey-brug (voor)


latest changes here: 30-07-2012 15:58


HOME VH / vincenthunink.nl

(c) 2014 V. Hunink

copyright statement  / contact